Afbeelding

Dr. Iet Erdtsieck. Aflevering VII: Sandberg de mensenjager

· leestijd 2 minuten Algemeen

Het is op 17 april 2015 op de kop af zeventig jaar geleden dat Kampen werd bevrijd. Voor historica en schrijfster Iet Erdtsieck is het ook de dag dat ze haar nieuwe boek presenteert over Kampen in oorlogstijd. In de aanloop naar de boekpresentatie stipt Erdtsieck tweewekelijks al wat thema's aan in weekblad De Brug. Een centrale figuur daarbij is de ?foute burgemeester' Edward Floris Sandberg.

In het jaar 1944 kreeg de bezetter steeds meer behoefte aan Nederlandse werkkrachten (mannen). Men had deze mannen nodig ten behoeve van de oorlogsindustrie en voor het aanleggen van verdedigingswerken om de geallieerden tegen te houden. Immers op 6 juni 1944 was de landing geweest in Normandië en trokken geallieerde troepen op naar het noorden en oosten om Duitsland te verslaan. Ondanks dat de geallieerden in september 1944 tegengehouden waren ten zuiden van de grote rivieren, was de oorlog eigenlijk al beslist. Dat maakte dat de Duitse bezetter, ook in Kampen, wreed en onvoorspelbaar optrad. Zeker toen de Nederlandse regering in ballingschap het spoorwegpersoneel de opdracht gaf om vanaf 17 september 1944 te staken. Dat had tot gevolg dat dwangarbeiders uit het westen via het IJsselmeer Kampen werden vervoerd, om elders te gaan graven.

Zoals gezegd was er behoefte aan arbeidskrachten. De burgemeesters van de gemeenten werd opgedragen een aantal mannen te leveren. Sommige burgemeesters trachtten hier onderuit te komen, maar niet Sandberg. Deze bood uit zichzelf 2000 Kampenaren aan. Een extreem aantal, zijnde 10% van de Kamper bevolking. Zelfs zijn partijgenoot Roest van Limburg zei, dat een aantal van 2000 het werk van een gek was. Toen zich onvoldoende mensen melden had dat tot gevolg dat er talrijke razzia's werden uitgevoerd.

Sandberg trachtte ook zelf zoveel mogelijk mannen aan te leveren. Hij ging zelfs met een megafoon achter potentiële dwangarbeiders aan en was zo gek en verblind dat hij allerhande affiches met dreigementen liet drukken waarop onder andere opstond:'Mijn geduld is ten einde'. Een zin die hij te pas en te onpas bezigde. De zin mijn geduld is ten einde, werd op een grimmige manier belachelijk gemaakt, toen ?onverlaten' op de rechtopstaande platen tegen het stadhuis, gelijkend op grafstenen, die tegen bominslag moesten beschermen, hadden geschreven: ?Hier rust Sandberg zijn geduld was ten einde'.

Toen ook de razzia's niet voldoende mensenmateriaal opbrachten, werd een voorbeeld gesteld. Op 27 september 1944 hadden zich, ondanks herhaalde oproepen van de burgemeester, niet genoeg mannen gemeld om te graven. Als represaille werden daarom drie mannen zonder proces in de tuin achter de Koornmarktkazerne, tegen de muur van de Prinsenstraat, doodgeschoten. Het waren de onderwijzer Egbert Altena, Pieter Cornelis Blokker en Johan Asuerus Vredeveld. Zij hadden geweigerd voor de Weermacht te graven.

Voordat zij werden doodgeschoten mocht een van de mannen een gebed uitspreken. De drie mannen werden in stilte begraven. Hun vrouwen werd enkele dagen later opgedragen de (aardse) bezittingen van hun mannen, af te halen. In de zakken van Egbert Altena zat een fluitje, waarschijnlijk gebruikte hij dat om zijn schoolkinderen te verzamelen. Van al deze zaken werd proces-verbaal opgemaakt. Elk jaar, op 4 mei, wordt de wrange dood van Altena, Blokker en Vredeveld herdacht. Ter herdenking aan hun verzet werd na de oorlog een plaquette in de Prinsenstraat geplaatst, dicht bij de plaats van hun executie.

De geschiedenis zal zich herhalen. Op 8 oktober 1944 werden Jan Kool en Mathias Schreuder eveneens doodgeschoten. Op deze datum kwam men eveneens niet aan het aantal arbeiders, die door Sandberg was toegezegd. Dus weer moest er een voorbeeld worden gesteld. Kool en Schreuder kwamen niet uit Kampen, maar waren met schepen aangevoerd uit het westen om voor de bezetter te werken. Zij werden zonder vorm van proces doodgeschoten. Ook voor hen kwam enkele jaren geleden een plaquette. Het is vooral aan de heer A. Mensink, die als 15-jarige jongen de executie hoorde, te danken dat er aandacht werd geschonken aan hun lot.

In een latere aflevering komt het lot van de duizenden dwangarbeiders uit het westen, vooral uit Rotterdam, aan de orde. De volgende aflevering zal gaan over de rol van de Kamper politie tijdens de bezetting. Zie ook www.ieterdsieck.nl.