Fotobijschrift foto 1: Anneke van der Velde voorganger Vrijzinnige Gemeente Kampen.
Fotobijschrift foto 1: Anneke van der Velde voorganger Vrijzinnige Gemeente Kampen. Aangeleverd.

De liefde van overledenen

Mijn ouders zijn al een aantal jaren geleden overleden. Mijn moeder nog maar een jaar of vier; mijn vader al bijna vijfentwintig jaar. En toch zijn ze dagelijks in mijn gedachten en leven ze met me mee. Ik kan zó mijn moeder mijn naam horen roepen onderaan de trap. Ik kan nog zó de crème in het haar van mijn vader ruiken als ik hem een zoen gaf ‘s avonds al ik naar bed ging.

Er klinken stemmen met hun waarschuwingen in mijn hoofd. ‘Niet alleen over straat hoor, ‘s nachts!’ (toen ik studeerde en het natuurlijk wel deed). Of ‘je kunt beter voor iets sparen dan dat je schulden maakt..’ (waar ze gelijk in hadden).
Belangrijker nog dan die herinneringen aan geluiden, geuren en waarschuwingen, is voor mij de ervaring dat ik ze soms heel dicht bij me voel. Dat ze meekijken hoe mijn kinderen opgroeien. Dat ze mee trots zijn als er mijlpalen worden bereikt. En soms hoor ik ze adviezen geven in mijn hoofd, of voel ik dat ze met goedkeuring naar me kijken. Ook mijn kinderen hebben die ervaring. Dat oma er bij is, als we chocolademelk drinken met stroopwafels, zoals we altijd deden als ze kwam oppassen.
Maar het allerbelangrijkst is nog dat ik hun liefde voel. Een liefde die dragend is, die me soms door moeilijkheden heen helpt, die me moed geeft en doorzettingsvermogen. Een liefde die me laat weten dat ik de moeite waard ben en dat ik er mag zijn, Een liefde die voelbaar is, ook al zijn ze er niet meer om die uit te spreken. Hun liefde heeft hun dood overleefd. Ik hoop dat ik er ook zo mag zijn voor mijn kinderen.
Ik moet hier vaak aan denken in de tijd tussen Pasen en Pinksteren. Als we in de kerk de ‘verschijningsverhalen’ van Jezus lezen. Jezus, die gekruisigd was, maar plotseling toch weer voelbaar en zichtbaar aanwezig in de kring van zijn leerlingen. Maria die Jezus niet herkende, en dacht dat hij de tuinman was. De ‘ongelovige Thomas’ die zijn medeleerlingen niet geloofde toen zij hem vertelden dat ze Jezus hadden gezien. Hij wilde eerst zijn handen in de wonden van Jezus leggen voordat hij kon geloven dat Jezus er nog wás. Verschijningsverhalen die ouder zijn dat de verhalen over de opstanding.

De ervaring dat ik de dragende liefde van mijn ouders nog zó dichtbij voel, ook na hun dood, maken voor mij de verschijningsverhalen van Jezus heel menselijk en begrijpelijk. Want liefde, daar kan geen dood tegenop.

Anneke van der Velde
voorganger
Vereniging van Vrijzinnigen
veld5834@planet.nl