Vervolg voorpagina: Voor rechter na brandstichting

20 juni 2022, 11:22

Dat hij nog geld van haar kreeg na levering van lachgas of 3MMC, wat volgens het Openbaar Ministerie het motief was voor de brandstichting, dat weet R. niet. Hij erkent dat hij haar bezocht in een rode Daihatsu. Dat hij haar bedreigde met de woorden ‘iemand moet bloeden' ontkende hij. In de nacht van 1 op 2 november zag de eigenaresse rond 3 uur dat haar BMW was verdwenen. Toen ze naar buiten ging, zag ze de rode auto staan met daarin R. "Een bijzonder verhaal'', reageerde de verdachte in de rechtszaal. "Ik kan me daar niks van herinneren."
B. bekent wel bezit van 78 kogels die later in zijn huis gevonden zijn. Of hij ook een bijpassend wapen heeft, daar wilde hij niets over zeggen. Van het vuurwerk in de garagebox weet hij niets af. Opvallend is dat hij een week later bij een incident aan de Wortmanstraat aan agenten vraagt of hij meemoet. "Iets met die zwarte BMW ofzo. Heeft mijn ex-vriendin aangifte gedaan?” G. ontkent iets te maken te hebben met de brandstichting in de auto. Hij barbecuet veel in de zomer en dan heeft hij wel eens een fles spiritus of een aanmaakblokje vast, zei hij over de vondst van zijn DNA.
De officier van justitie wees op de leeftijden van de twee heren. "Kijk ik naar hun strafblad dan wordt het tijd dat de heren volwassen worden.” Ze hebben allebei al eens celstraffen gekregen. Hij wees ook op een WhatsApp-bericht van R. naar het slachtoffer. "Zwijgrecht is het mooiste wat er is”, appte hij een dag na de brandstichting. Hij eiste een voorwaardelijke celstraf van 8 maanden tegen R. met daarnaast een werkstraf van 240 uur. G. moet wat hem betreft 3 maanden cel voorwaardelijk en een werkstraf van 120 uur krijgen.
De advocaat van R. wees er op dat er van bedreigingen geen bewijs is. De raadsvrouw van G. vroeg om vrijspraak. Meer dan alleen DNA-materiaal is er niet. "Hij stond lang als veelpleger bekend tot dat moment in september 2020 dat hij met een overdosis in het ziekenhuis belandde.'' Sindsdien gaat het goed met haar cliënt
Het vonnis volgt op 30 juni.