Afbeelding
Foto: Koen Meijeringh

Gerards Coronakrabbels: Deel 20: Artrose

· leestijd 2 minuten Sport

Het coronavirus regeert. Dikwijls beseffen we nauwelijks wat we meemaken en verlangen we terug naar de goede tijden waarin we leefden als ‘God in Nederland’. Een periode die nog maar even achter ons ligt, maar toch zo ver weg lijkt. In de huidige moeilijke periode probeer ik wat verlichting te brengen met een reeks ‘Coronakrabbels’. Over alledaagse dingen in de wondere wereld waarin het coronavirus voorlopig nog steeds de dienst uitmaakt.

Het is zaterdag 14 november wanneer ik me meld bij de fysiotherapeut. Al maandenlang heb ik last van mijn linkerknie. Als vijftigplusser moet je je dan zorgen maken, kreeg ik eerder van verschillende specialisten te horen. Mijn zwager, ook fysiotherapeut, wist het wel. “Artrose, daar kom je niet meer vanaf”, luidde zijn diagnose. Ook een andere fysiotherapeut, oud-speler van Sportclub Genemuiden, maakte mij somber. “Buig je knie eens. Verder. Voel je het? Ja, ik weet het al. Hoe oud ben je? Vijftig. Dan is er niets meer aan te doen.”

Dat kwam toch wel aan als hardloopliefhebber. Ik heb eigenlijk nooit last van mijn knieën gehad. Ik liep diverse hardloopwedstrijden als huis-tuin-en-keukenloper. De Stationsloop, de Zwolse halve marathon, de 30 van Almere, de 32 van Amsterdam Noord, de New York City Marathon en Marathon Zwolle. Nooit speelden m’n knieën op. Totdat ik het wandelvirus te pakken kreeg, aangewakkerd door een kameraad. Hij waagde enige jaren geleden een poging om het kruisje van de Nijmeegse Wandelvierdaagse te bemachtigen, maar zijn missie mislukte jammerlijk. Gesloopt door slechte omstandigheden op een camping strandde hij op de derde dag. Zijn lichaam wilde niet meer, de geest was uit de fles.Later vertelde hij prachtige verhalen over het evenement. ‘Dat wil ik wel eens meemaken’, schoot verschillende keren door m’n hoofd, maar verdween naar de achtergrond. 

Tot augustus 2018. Op het altijd gezellige waterpolotoernooi in Ter Apel kreeg ik van m’n kameraad te horen dat hij van plan was om voor de tweede keer de Nijmeegse Wandelvierdaagse te gaan lopen. Samen met zijn broer. Enkele dagen later besloot ik me bij hen aan te sluiten. Ik moest eraan geloven. Tweehonderd kilometer verslinden op wandelschoenen. Een fikse uitdaging.Vol enthousiasme begon ik enkele maanden later met de voorbereiding. Door frequente fikse wandelingen met de hond had ik een goede basis en breidde ik het aantal kilometer tijdens m’n wandeltochten gestaag uit. Maar ineens ging het mis. Op een dag maakte ik een wandeling van zo’n vijftien kilometer op de Veluwe. Het ging me gemakkelijk af. Maar de volgende dag kon ik nauwelijks uit bed komen. Ik had enorm veel vocht in m’n knie en kon amper nog lopen. Tot overmaat van ramp werd enkele dagen later de boeking voor ons onderkomen tijdens de Vierdaagse ineens gecanceld vanwege nieuwe verhuurregels op het park. 

Onze Vierdaagsedroom ging in rook op.Sportief gezien was dat voor mij achteraf gezien een uitkomst. Mijn knie zou nooit meer zo goed aanvoelen als eerder. Regelmatig kwamen de klachten terug, om daarna weer grotendeels te verdwijnen. Dan kon ik mijn knie belasten, mits ik het niet overdreef. Hardlopen was er echter niet meer bij. Na de zomer werden de klachten erger. Waar ik eerder moeiteloos kilometers wandelde, krijg ik nu al last van mijn knie en m’n achillespees tijdens een wandeling van enkele minuten. Daar wil ik me niet zomaar bij neerleggen. Ik zoek een opening in dit medische kniedoolhof.

En daarmee zijn we terug bij de fysio op 14 november. Wanhopig vraag ik om hulp. “Artrose? Vijftig plus?” Hij lacht. “Iedereen die de dertig gepasseerd is, heeft last van artrose. Ik heb hier mensen gehad met dezelfde klachten. Zij kunnen nu weer 10 kilometer hardlopen. Maar dan moet je er wel wat voor doen. Elke dag trainen.” Ik kijk mijn fysio aan en kan hem wel zoenen. Dat doe ik echter niet. Ik neem mijn geprinte oefenschema mee, vertrek met een laatste groet en stap in mijn Megane. Op weg naar huis, positief gestemd. In de auto hoor ik ‘Shot in The Dark’ van AC/DC. Er gloort licht in de tunnel. Ik heb sportieve hoop in coronatijd.

Gerard Meijeringh