Deze bijdrage is geschreven door Jenneke Palland.
Deze bijdrage is geschreven door Jenneke Palland. Aangeleverd.

Column Ondernemen in Kampen: Denken staat niet boven doen

· leestijd 2 minuten Algemeen

Herken je dat? Je hoort iets wat je enorm raakt en het laat je maar niet los. Een schilder vertelde mij onlangs hoe de vrouw des huizes tijdens zijn schilderklus zoonlief toesprak met de woorden: “Als jij niet je best doet op school moet jij dit werk later ook doen”.

Vol ongeloof en boosheid hoorde ik dit aan. Datzelfde ongeloof voelde ik toen ik onlangs in de media vernam dat de Tweede Kamer op verzoek van de Minister van Onderwijs, een wetswijziging heeft aangenomen, die ervoor zorgt ervoor dat leerlingen van het praktijkonderwijs vanaf 2022 ook in aanmerking komen voor een schooldiploma. Mijn eerste gedachte was: Waarom hebben deze leerlingen nooit de erkenning gekregen die ze verdienen? En waarom slagen wij er als samenleving nog steeds niet altijd in om evenveel respect en waardering op te brengen voor mensen die goed zijn met hun handen, als voor mensen met een knappe kop?

Onderscheid hoofd en hand
Al op school wordt een scheiding aangebracht tussen hoofd en hand, waarbij het hoofd als hoger wordt gezien. De CITO-toetsen maken alleen inzichtelijk wat wij met ons hoofd kunnen. Waarom is er geen tweede CITO eindtoets die ook praktische vaardigheden en competenties als empathisch vermogen, creatief denken en communicatieve en sociale vaardigheden waardeert?

Na je opleiding kun je je geld verdienen met denken, maken of zorgen. Van al deze beroepen staat denkwerk het hoogst op de ranglijst. Waarom wordt kennis beter beloond, want het is niet persé zwaarder werk?
Zowel in het onderwijs als bij ouders en leerlingen ontstaat steeds vaker de gedachte dat doorstromen naar de havo nuttiger is dan een goede mbo-opleiding kiezen en wordt op het vmbo de theoretische leerweg automatisch boven een praktische leerweg geplaatst. Mede hierdoor is er nu een groeiend tekort aan vakmensen en vormt dit inmiddels een acute bedreiging voor verdere groei van de economie. Regelmatig hoor ik ondernemers zeggen dat de groei van hun bedrijf stagneert, omdat ze geen vakmensen kunnen vinden.

Zonder vakmanschap geen kenniseconomie
We horen nu al tientallen jaren dat iedereen zo hoog mogelijk moet worden opgeleid omdat we een kenniseconomie hebben. Dat “dingen weten”, meer is dan “dingen doen”. Alsof het een zonder het ander zou kunnen?

Wie mis je nu echt als hij of zij het werk niet doet?
Voeding komt door werk op de boerderij en niet door vergaderingen. Vakmensen in de bouw zijn elke dag aan de slag om iets te doen aan het nijpende woningtekort. De politieman beschermt en de verpleegkundige biedt eerste hulp. De installateur zorgt voor warmte en water en de schilder voor een knus huis. En wat zijn we blij dat we dankzij onze kappers af zijn van ons coronakapsel!

Vakmensen maken het verschil
Vakmensen vormen de ruggengraat van onze economie. Zij hebben de combinatie gemaakt van leren en doen. Dat is hun kracht. De vakmannen en vakvrouwen hebben structureel te weinig lof gekregen, terwijl ze zo hard nodig zijn. Niet een map vol diploma’s, maar het vermogen om jezelf te blijven ontwikkelen is volgens mij de belangrijkste skill van de toekomst.

Het woord vakmanschap heeft een positieve lading. Het is de verantwoordelijkheid van ons als samenleving om deze positieve lading uit te dragen, onze vakmannen en vakvrouwen de lof te geven die ze toekomen en het werk met het hoofd of handen eerlijk te waarderen en te belonen. Als we op deze manier doorgaan eindigen we straks als homo sapiens met hele grote hersens en twee hele kleine hulpeloze handjes.

Kampen kent veel bedrijven met geweldige vakmensen. Bedankt van Keulen Schilderwerken en Zandbergen Schilderwerken voor ons knusse huis, de Houtburcht voor onze prachtige veranda, Kagas voor een comfortabel warm huis en Heass voor ons strakke hekwerk. Ik ben trots op onze vakmensen!

Jenneke Palland
Trotse moeder en inwoonster van Kampen
Zakelijk Accountmanager Rabobank IJsseldelta