
Column burgemeester Sander de Rouwe: Eindhoven de gekste, Kampen de gelukkigste?
· leestijd 2 minuten AlgemeenNog niet zo heel erg lang geleden mocht ik met een groep enthousiaste ondernemers een inspiratiereis maken naar San Francisco in Californië. Vanuit de Golden Gate Bridge bezochten we indrukwekkende ondernemingen en universiteiten die op de een of andere manier verbonden waren met de haast heilige graal van het hedendaagse economische denken; Silicon Valley. U heeft vast al eens van deze term gehoord. Of misschien zelfs weleens gedacht: dat zou Kampen ook moeten doen. Als u dit beeld wilt vasthouden, kunt u dit artikel misschien beter even overslaan.
Eindhoven de gekste! Het is een kreet die je al snel hoort als je het over Eindhoven hebt. Een kreet die mij ook wel een glimlach bezorgt. Elk kind in Eindhoven geboren, krijgt het te horen. De gekste! Lekker relativerend en best wel passend bij deze carnavalsstad. Maar Eindhoven is lang niet gek. Nee, het profileert zich (terecht) als een slimme technologische stad, deels naar het voorbeeld van Silicon Valley. De stad waar ik een paar jaar geleden met die ondernemers op bezoek was.
De ondernemers uit mijn groep waar allemaal nuchtere Friese ondernemers. Oerdegelijke ondernemers met een mooi bedrijf en niet teveel kapsones. Veel te weinig zelfs werd ons geleerd toen we daar met z’n allen van succesbedrijf naar succesbedrijf gingen. Het kon niet op Californië. De grootste worden. De brutaalste worden, ja de sterkste worden. Dat was de Amerikaanse filosofie. Hoe sneller, hoe beter. Hoe meer marketing, hoe beter en hoe vreemder gefinancierd, hoe liever. Hoezo zelf financieren en stap voor stap? De Amerikaanse ondernemers moesten soms lachen hoe hun collega’s uit een andere wereld trots vertelden dat ze geen schulden hadden en helemaal niet aan marketing deden.
Inspirerend was de reis. Want eerlijk is eerlijk, de overzeese collega’s hadden in onze nuchtere ogen weliswaar vaak ongelijk, maar des te vaker wel degelijk een punt. Misschien waren we hier in Nederland wel te bescheiden, te klein denkend en te voorzichtig. De reis zorgde nadien daadwerkelijk bij veel Friese ondernemers ervoor dat ze het iets anders aanpakten. Er werd na die reis meer gedurfd en gedaan. En met daadwerkelijk succes. Maar bij mij persoonlijk bleef, naast dat daadwerkelijke succesbeeld ook een ander beeld hangen. Een minder succesvol beeld. Een gruwelbeeld zelfs.
Ik had het de eerste dagen op straat in San Francisco niet echt in de gaten. Ik zag overal mensen. En veel van die mensen hadden veel spullen bij zich. Koffers, tassen, vuilniszakken. En die auto’s overal. Alsof ze massaal aan het verhuizen waren. De auto’s zaten bij tijd en wijle tjokvol met spullen. Huisraad, kussens, dekens, matrassen. Een jonge Amerikaanse collega vertelde het terloops terwijl we aan het praten waren. “Nee, dit zijn geen verhuizingen, dit zijn zwervers, of beter gezegd bijna zwervers. Ze hebben alleen hun auto nog en wat spullen. Ze zijn alles al kwijt en raken dit waarschijnlijk ook kwijt”. Het bleek te kloppen. Deze mensen woonden in hun auto. Voor zover dat nog even kon en ze echt alles kwijt raakten.
De economische voorbeeld stad van de wereld bleek een heel ander gezicht te hebben. Een veel minder bekend gezicht. Het gezicht van de stad met de meeste zwervers, meeste mensen met grote geestelijke problemen. En de stad met de minste kinderen. “Kinderen? Hier in San Francisco? Onmogelijk, zei dezelfde collega verbaasd tegen mij toen ik vroeg waar de kinderen van de stad waren. “Dat is hier niet te doen, onbetaalbaar en echt geen plaats voor”.
Ja, deze reis inspireerde. In meerdere opzichten. Dat is het voordeel van andere werelden bezoeken en van je eigen tegel afstappen. Ineens zie je het (anders).
Afgelopen maanden mocht ik als nieuwe burgemeester veel mensen ontmoeten in onze gemeente. Wat heerlijk was, is en blijft dat. Vaak stelde en stel ik de vraag: waar moeten Kampen Kampioen in worden? Waar wilt u met onze omgeving naar toe? De vraag legt accent op de toekomst en het collectief in plaats van op het verleden en het individu. Het levert altijd mooie gesprekken op. En waar het vaak op neerkomt is dat mensen gelukkig willen leven. Gelukkig met elkaar. Geluk en elkaar horen bij elkaar. Gelukkig ben je namelijk nooit alleen, dat creëer je alleen samen. Het zit in delen, openheid, nieuwsgierigheid en ook een beetje in ambitie. Je moet er voor open staan.
Zou dat niet een mooie gedachte zijn over 10 jaar? Kampen, de gelukkigste? Gek hoeven we niet te zijn, het Silicon Valley van de wereld ook niet. Die titels zijn al vergeven aan San Francisco en Eindhoven. En gelukkig maar. Kampen de gelukkigste. Ik ga ervoor. Het is een prachtig perspectief, maar welk nieuw geboren kind gun je dit nou niet? Kampen de gelukkigste. Zullen we daar met elkaar de schouders onder zetten? Ik doe graag met ons mee!