Afbeelding
Foto: Bas Nijhof

Column: #16vooraltijd // vier zessen, een zeven en een acht

· leestijd 1 minuut Algemeen

Kampenaar Bas Nijhof zat op het Zwolse Greijdanus en kijkt in deze periode van examens terug op zijn examenjaar een kwart eeuw geleden. Na een reünie van leden van de schoolband bij hem thuis komen herinneringen en muziek los. Dit is de laatste column in een reeks van zes.

“De laatste schooldag maakten we muziek. En er was een gala of zoiets, hoewel de muziek die we speelden weinig met gala te maken had. Misschien hadden we wel gewoon een pak aangetrokken en de meisjes een mooie jurk. Ik liep geloof ik in het trouwpak van mijn vader. We speelden Some Might Say van Oasis, Bombtrack van Rage Against the Machine, Zombie van The Cranberries en Basket Case van Green Day. En we speelden Wonderwall. Dat mocht toen nog gewoon. Men moest maar zien hoe men daar op danste. Ik weet niet of ik op toiletten of tussen kapstokken stiekem dronk die dag, want voor de rest herinner ik me weinig.

En we speelden Wonderwall. Dat mocht toen nog gewoon.

Ik slaagde met vier zessen, een zeven en een acht. De schoolband was in mijn herinnering vrijwel gelijk niet meer. Ik zou journalistiek gaan studeren en daarvoor verhuisde ik van Hoogeveen naar Kampen om tussen mijn - via Daan opgedane (ha!) - nieuwe muzikantenvrienden te gaan wonen in de Sint Olafstraat. Met Daan bleef ik bevriend en spelen. Maarten en Niels zag ik jaren niet meer. De eerste jaren wendde ik mijn stufi aan om mijn singer/songwriter-carrière - en de daarbij horende levensstijl - te financieren. Ik leerde daarvan heel moeilijk kijken en er erg ongezond uitzien. En studies verknallen. Ik hield het wel lang vol. Het resulteerde godzijdank uiteindelijk in een diploma en in de tussentijd zowaar een liedje in de Top 100 (twee weken: op 76 en 100). En een studieschuld (vijftien jaar: 25 duizend).

Hoewel ik letterlijk aan de overkant van mijn middelbare school studeerde voelde ik niet de behoefte om er te kijken. Het vrijgemaakte wereldje begon me steeds meer tegen te staan. De eerste jaren in mijn studentenhuis stonden bol van de theologische discussies, maar ik kwam steeds verder af te staan van het geloof. Ik onttrok me formeel twee jaar later aan de kerk, in een periode dat ik slecht in mijn vel zat. In het gedicht dat me tot stadsdichter zou maken, vatte ik die jaren zo samen: ‘vanuit geloof naar hier gezonden / verworden tot verloren zoon / hij zal niet terug worden gevonden’. Die tekst klopt nog steeds. De boosheid is inmiddels verdwenen.
De mannen op mijn bank en ik hebben en hadden hun struggles; op dat vlak, maar niet beperkt daartoe. We waren en zijn nog steeds compleet verschillende types. We deelden en delen nog steeds de passie voor muziek. Vijfentwintig jaar eerder namen we afscheid van de middelbare school, maar diep van binnen blijft iets van ons een beetje zestien voor altijd.

Bas Nijhof

Artist impression Erfgenamenstraat
Informatiemoment nieuwbouwappartementen Erfgenamenstraat Algemeen Ingezonden 17 uur geleden
De roze entree in de dependance van SMK waarna men zich herboren voelt
Vrouwenkracht geëtaleerd via het moederschap bij Stedelijk Museum Kampen Algemeen 19 uur geleden
Afbeelding
Column Ondernemen in Kampen: Worden we binnenkort allemaal honderd? Algemeen 23 uur geleden