Raadspraat: Er komen betere tijden
· leestijd 2 minuten Algemeen“Ben jij al geprikt?” is opeens de meest gestelde vraag. Het lijkt een sleutel naar een vrijere samenleving, naar een leven met wat minder zorg om een ander te besmetten of zelf ziek te worden. En ja, ik heb mijn eerste prik gehad. Onze samenleving gaat langzaam weer open. Elke week mag er een beetje meer. Wat meer mensen thuis op bezoek. Spontaan weer een winkel in voor nieuwe schoenen. Neerstrijken op het terras. Vakantieplannen maken voor het buitenland.
Terug naar het oude normaal, kun je zeggen. Maar dat oude normaal was helemaal niet zo normaal voor veel mensen. Want al die dingen die eindelijk weer kunnen, kosten geld. Veel geld soms. Als je dat niet hebt, sta je zomaar buitenspel. In een wereld met gesloten terrassen, hoef jij niet van afstand te kijken naar het ontspannen plezier van anderen. Zolang niemand kan reizen, ben jij niet als enige altijd thuis. Het was even ‘gedeelde smart, halve smart’.
Corona maakte ook duidelijk dat sommige mensen in dat oude normaal slecht gedijden. Kinderen die niet veilig opgroeien of te weinig steun krijgen of, net andersom, die zonder hun school opeens in een beter vel staken. Oudere mensen die geen netwerk hebben en pardoes helemaal alleen waren omdat ze de deur niet meer uit durfden. Mensen van wie te veel of juist veel te weinig verwacht werd in hun werk.
Nu de samenleving langzaam weer open gaat, kunnen we ook nadenken over hoe die samenleving eruit moet zien. Gaan we terug naar drukte en haast en herrie? Blijven we tijd nemen om aan elkaar te vragen hoe het gaat? Stappen we weer net zo vaak in de auto om naar ons werk te gaan? Gaan we kritischer kopen en wat vaker naar een echte winkel en niet zomaar voor de laagste prijs het vliegtuig in?
Ik hoop dat we er samen een beter normaal van kunnen maken. Daarin draait het volgens mij om vrijheid. Eerlijk: ik ben blij met een terras en een lekkere koffie. Maar vrijheid is iets anders dan onbegrensd kunnen consumeren of alles doen waar je zelf zin hebt. Vrij worden we vooral als we tijd hebben om over keuzes na te denken. Als we ons echt allemaal, dus zonder dat er mensen uitgesloten worden, kunnen ontwikkelen en creatief kunnen zijn: ideeën en dromen hebben en daar iets mee doen. Daarvoor hebben we vooral open scholen, bibliotheken, theaters, musea en plekken zoals buurt- en dorpshuizen nodig, waar we elkaar echt kunnen ontmoeten. Juist die hielden we veel te lang dicht.
Ook in de gemeente gaan de deuren weer open, na een periode waarin we zwaar moesten bezuinigen. Door bijzondere omstandigheden houdt Kampen geld over uit het jaar 2020, onder andere omdat de gemeente geld uit Den Haag krijgt om coronaschade te vergoeden.
Je weet hoe dat gaat: als er geld over is, regent het wensen om dat geld te besteden. Voor GroenLinks gaat dat te snel. Je kunt niet aan de ene kant soms pijnlijk bezuinigen en aan de andere kant het geld zomaar uitgeven. Geld dat binnenkomt om coronaschade te verhelpen, bijvoorbeeld bij verenigingen en bij de culturele instellingen, moet daar ook voor gebruikt worden. Met wat er daarnaast aan geld beschikbaar is, is voor ons het belangrijkste: bezuinigingen ongedaan maken die vooral de mensen met een laag inkomen treffen. De verlaging van de inkomenstoeslag wordt wat ons betreft weer ongedaan gemaakt. In juni gaat de raad daarover in gesprek.
In de gemeenteraad werken wij aan een socialer, groener en (h)eerlijker Kampen. Ideeën? Laat ze ons graag horen!
